Op deze pagina staat een overzicht van verbeteracties en resultaten naar aanleiding van de evaluatie subsidieregeling.
In de subsidieregeling van het HWBP staan spelregels voor de financiering van maatregelen voor dijkversterking. Volgens afspraak wordt deze subsidieregeling elke 5 jaar geëvalueerd. In 2020 was de eerste evaluatie over de periode 2014-2019. Uit deze evaluatie blijkt dat het de regeling in de basis voldoet. Wel is er in de alliantie behoefte om de doelmatigheid van de regeling te vergroten. Een meer eenduidig beoordelingskader voor subsidies moet hierin voorzien.
Aanbevelingen en verbeteringen
In onderstaande infographic zijn de belangrijkste aanbevelingen en verbeterpunten samengevat. Klik op de afzonderlijke iconen voor meer informatie.
Life cycle benadering
Voordelig in aanleg betekent niet altijd ook dat iets een doelmatige investering is als je het bekijkt over de totale levensduur. Daarom is het belangrijk om bij elk ontwerp te kijken naar de hele levenscyclus van een versterkingsmaatregel.
Aanbeveling
De ‘levenscyclusbenadering’ houdt in dat je niet alleen naar de kosten voor een versterkingsmaatregel zelf kijkt, maar ook naar de kosten voor beheer en (groot) onderhoud in de hele levenscyclus van de versterking. Uit de evaluatie van de subsidieregeling is naar voren gekomen dat deze benadering (life cycle costing oftewel LCC) bij het HWBP verbeterd kan worden. Hoe? Door de informatievoorziening over de toepassing van LCC te verbeteren, LCC vaker toe te passen en goede afspraken te maken over het gebruik en de toetsing ervan. Bij het toepassen van LCC kan bijvoorbeeld kortcyclisch versterken interessant zijn: versterken voor korte(re) periodes waardoor je vaker terugkomt. Ook partieel versterken zou in het HWBP een grotere rol kunnen spelen: niet alles tegelijk doen maar bijvoorbeeld de opgaves voor piping en hoogte op verschillende momenten oppakken, waarmee bijvoorbeeld adaptief kan worden ontworpen i.v.m. klimaatverandering. Deze aanpakken kunnen de kosten verlagen en de flexibiliteit vergroten.
Aanpak
Een werkgroep uit de alliantie richt zich op de verbetering van de informatievoorziening. Daarnaast kijkt de werkgroep wat de impact is van een veranderende verhouding tussen versterkingskosten en beheer- en onderhoudskosten (B&O) en hoe beheerders daarmee om kunnen gaan. Want LCC kan leiden tot een goedkopere versterkingsmaatregel met hogere beheer- en onderhoudskosten, terwijl alleen de versterkingsmaatregel zélf voor subsidie in aanmerking komt.
Stand van zaken
De knelpunten zijn geïnventariseerd en de werkgroep maakt nu voorstellen voor verbetering. Er wordt een uitvraag voorbereid om casussen en best practices rondom LCC uniform uit te werken. Waarschijnlijk kunnen we dit onderwerp in het najaar van 2020 ter bespreking agenderen in de verschillende overleggen.
Om een versterkingsmaatregel uit te kunnen voeren is bepaalde zeggenschap over de (project)grond nodig. De subsidieregeling kan op dit vlak doelmatiger. Ook onderzoeken we de mogelijkheden om grondaankopen eerder in het proces te subsidiëren.
Aanbeveling
Het versterken (verbreden of verleggen) van een dijk is vaak gepland op grond die niet in eigendom is van het waterschap. Soms is het nodig om de grond over te nemen, soms is een zakelijk recht om gebruik te maken van de grond voldoende. Het HWBP subsidieert grondaankopen als dit past binnen het beleid van het waterschap. Er kunnen dus verschillen zijn per waterschap. Uit de evaluatie komt de aanbeveling om te onderzoeken of er andere afspraken nodig zijn om te zorgen voor een doelmatige besteding van het HWBP-budget. Omdat grondverwerving vaak een bepalend onderdeel is van de planning van projecten, is het verstandig daar zo vroeg mogelijk mee te beginnen. Dat kan ertoe leiden dat grondaankopen gewenst zijn op het moment dat er nog geen subsidie voor verleend kan worden. Subsidie verlenen kan pas in de realisatiefase. Onderzocht wordt of een ander moment van subsidiëring van grondaankopen wenselijk is, zodat waterschappen (nog) strategischer om kunnen gaan met grondverwerving.
Aanpak
Een werkgroep uit de alliantie brengt het huidige beleid van de waterschappen, bestaande knelpunten en oplossingsvarianten in beeld en brengt een advies uit.
Stand van zaken
Het beleid van de verschillende waterschappen is in beeld gebracht. Aan de hand van casussen worden de problematiek en de oplossingsvarianten geformuleerd. Een eerste bespreking van de werkgroep volgt waarschijnlijk dit najaar.
De kosten voor risicoreserveringen kunnen behoorlijk oplopen wanneer een risico een kleine kans van optreden heeft, maar wel grote gevolgen kan hebben. De subsidie is niet voldoende voor een waterschap wanneer het risico onverhoopt optreedt, en het HWBP betaalt de risicoreservering uit voor meerdere projecten terwijl het risico bijna nooit optreedt.
Aanbeveling
Binnen het HWBP wordt per projectfase subsidie verleend op basis van ‘voorcalculatie’. Dat wil zeggen: op basis van een plan van aanpak voor elke fase en een bijbehorende kostenraming. Daarbij hoort ook een risicodossier en een risicoreservering. Er vindt aan het einde van de fase geen verrekening plaats op basis van de werkelijke gemaakte kosten; het waterschap is risicodragend voor mee- en tegenvallers. Risico’s met een kleine kans van optreden maar met grote gevolgen zijn vaak risico’s van buitenaf die moeilijk te beheersen zijn door het project. Denk aan het vinden van een bom uit de Tweede Wereldoorlog. Als je dergelijke risico’s meeneemt in je de risicoreservering, gaat het om grote bedragen. Meestal wordt er uiteindelijk teveel gesubsidieerd omdat het risico niet optreedt. Als het risico toch optreedt, is de risicoreservering waarschijnlijk alsnog onvoldoende om de kosten te dekken. Daarom verkennen we nu de mogelijkheden hoe om te gaan met dit type risicoreserveringen.
Aanpak
Een adviesbureau verkent verschillende varianten om de risico’s met een kleine kans en groot gevolg op te vangen. Ze zetten dit af tegen de huidige situatie en brengen een advies uit.
Stand van zaken
Er is een startsessie geweest met vertegenwoordigers van het Rijk, de waterschappen en de programmadirectie. Voor het eind van dit jaar wordt in diverse overleggen van het HWBP gesproken over de varianten. Vervolgens stelt het bureau na een interne expertsessie een variantenmemo op om in de verschillende overleggen te bespreken. Die besprekingen leveren uiteindelijk een eindnotitie op met daarin drie varianten (ook de huidige situatie is een mogelijk variant) en een oordeel van het adviesbureau.
Niet alleen in de versterkingsmaatregel zelf gaat veel geld om, maar ook in de manier waarop het project wordt aangepakt. Die projectaanpak zou beter getoetst moeten worden bij een aanvraag.
Aanbeveling
De subsidieregeling vergoedt niet alleen de kosten van de dijkversterking zelf maar ook de projectkosten die gemaakt worden om tot de versterkingsmaatregel te komen. In die projectaanpak gaat veel geld om; denk bijvoorbeeld aan voorbereidingskosten of de kosten voor het uitvoeren van onderzoeken. Uit de evaluatie bleek dat er weinig houvast is voor de programmadirectie om subsidieaanvragen te toetsen op de doelmatigheid van de projectaanpak. Daarom is het advies om een toetskader op te stellen voor het beoordelen van een doelmatige projectaanpak. Dit helpt zowel de programmadirectie bij het toetsen van de subsidieaanvraag, als de beheerders bij het opstellen van de subsidieaanvraag. Het toetskader zou zo objectief mogelijk moeten zijn en zoveel mogelijk aspecten van de projectaanpak moeten meewegen.
Aanpak
We vragen een marktpartij om met een benchmark te bepalen wat de belangrijkste indicatoren zijn voor het beoordelen van de doelmatigheid van een projectaanpak. Ook willen we weten welke bandbreedtes daar voor verschillende projecten bij horen.
Stand van zaken
In het najaar van 2020 wordt deze opdracht verleend aan een marktpartij. We verwachten de resultaten in het voorjaar van 2021.
Het HWBP wil leren van elk project. Daarom is het zaak voortdurend de vinger aan de pols te houden. Door projectresultaten goed te monitoren verzamelen we data voor de subsidieaanvragen en toetsingen van volgende projecten.
Aanbeveling
Om het toetskader te blijven verbeteren, willen we ervaringscijfers en kengetallen gaan monitoren. Op dit moment vindt zulke monitoring niet structureel plaats. De gemaakte kosten zijn alleen ten tijde van de evaluatie van de subsidieregeling in beeld gebracht. Door structureel te monitoren, en de data te gebruiken voor het verbeteren van het toetskader, kan de invulling van het begrip doelmatigheid over de komende jaren steeds concreter worden.
Aanpak
Het opzetten van een plan voor monitoring wordt op de markt gezet samen met het ontwikkelen van een toetskader. Deze twee aanbevelingen hangen nauw met elkaar samen. Met de data die verzameld worden met de monitoring, kunnen we het toetskader verder aanscherpen.
Stand van zaken
In het najaar van 2020 wordt deze opdracht verleend aan een marktpartij. We verwachten de resultaten in het voorjaar van 2021. De subsidieregeling vergoedt niet alleen de kosten van de dijkversterking zelf maar ook de projectkosten die gemaakt worden om tot de versterkingsmaatregel te komen. In die projectaanpak gaat veel geld om; denk bijvoorbeeld aan voorbereidingskosten of de kosten voor het uitvoeren van onderzoeken. Uit de evaluatie bleek dat er weinig houvast is voor de programmadirectie om subsidieaanvragen te toetsen op de doelmatigheid van de projectaanpak. Daarom is het advies om een toetskader op te stellen voor het beoordelen van een doelmatige projectaanpak. Dit helpt zowel de programmadirectie bij het toetsen van de subsidieaanvraag, als de beheerders bij het opstellen van de subsidieaanvraag. Het toetskader zou zo objectief mogelijk moeten zijn en zoveel mogelijk aspecten van de projectaanpak moeten meewegen.
Voor de voorbereiding en uitvoering van projecten is veel informatie en kennis nodig. Over sommige onderwerpen kan de informatievoorziening beter.
Aanbeveling
De programmadirectie voorziet beheerders van informatie die ze nodig hebben bij het opstellen van subsidieaanvragen en bij het uitvoeren van projecten. Denk bijvoorbeeld aan informatie over de subsidiabiliteit van diverse kostenposten of over de generieke instrumenten om kostenramingen en projectplanningen uniform te onderbouwen. Uit de evaluatie bleek dat de informatievoorziening over een aantal onderwerpen verbeterd kan worden. Dan kan het kennisniveau binnen de HWBP-alliantie op 1 niveau worden gebracht en kunnen we de uniforme toepassing van instrumenten vergroten. Door uniforme toepassing kan ook de doelmatigheid van subsidieaanvragen beter getoetst worden.
Aanpak
Onder dit verbeterpunt hangen veel verschillende acties. We publiceren bij de afronding van elke actie de informatie via de website en/of de dijkwerkerscommunity voor subsidieverlening.
Stand van zaken
De eerste informatie staat al online, op de nieuwe website. De andere acties worden in de loop van 2020 afgerond. Goede informatievoorziening is altijd belangrijk; ook als de opvolging van de evaluatie is afgerond, blijven we hier aandacht aan besteden.
HWBP-projecten zijn vaak grote projecten waar meerdere jaren aan wordt gewerkt. Daarom is het belangrijk om de kosten goed te indexeren en zo de effecten van inflatie op te vangen.
Aanbeveling
Met indexatie kun je een geldreservering compenseren voor inflatiekosten. Het HWBP-budget wordt jaarlijks geïndexeerd. In de subsidieregeling is vastgelegd dat de indexering kan worden uitbetaald aan projecten in de realisatiefase waarvan het totale realisatiebudget hoger is dan 40 miljoen euro. Sinds het begin van het HWBP constateert de alliantie dat projecten complexer zijn dan verwacht, en daardoor omvangrijker zijn en langer duren dan gedacht. De impact van inflatie wordt daarom ook groter. Uit die ontwikkeling volgt de aanbeveling om de mogelijkheid van indexering uit te breiden naar alle projectfasen die langer duren dan een jaar.
Aanpak
In juni 2020 is dit voorstel besproken in de Commissie Waterkeringen van de Unie van Waterschappen en het Financiersoverleg HWBP. Die hebben positief geadviseerd. Om het voorstel uit te voeren, moet de subsidieregeling HWBP gewijzigd worden.
Stand van zaken
De minister van IenW is verantwoordelijk voor de subsidieregeling HWBP en beslist, met inachtneming van het advies, over het aannemen van het voorstel en de ingangsdatum van de wijziging van de regeling.
Proces
De volgende drie partijen zijn betrokken bij de evaluatie van de subsidieregeling:
Verbeterpunten die voortkomen uit de evaluatie, worden uitgevoerd door een team met medewerkers van bovenstaande organisaties. Het team betrekt hierbij dijkwerkers uit de alliantie. Ook kijkt er een klankbordgroep mee. De klankbordgroep bestaat uit vertegenwoordigers van waterschappen, de programmadirectie en DGWB.
Planning
Voor alle verbeterpunten geldt dat er voorstellen worden gedaan voor concrete uitwerking. Het is de bedoeling om de evaluatie in 2020 af te ronden. Besluitvorming vindt uiterlijk in 2021 plaats. Dat gebeurt conform de governance afspraken en kan daarom per verbeterpunt verschillen. Het Programmabestuur HWBP monitort de voortgang van de evaluatie.
Eerste resultaten
Om de informatievoorziening te verbeteren, zijn er diverse nieuwe webpagina's online gezet. Deze zijn bedoeld om de alliantie beter te informeren over zaken die van belang zijn bij het aanvragen van een subsidie.