De programmadirectie van het HWBP stelt jaarlijks een programma op voor een periode van twaalf jaar, inclusief begroting. De programmering wordt door de minister van Infrastructuur en Waterstaat vastgesteld als onderdeel van het Deltaprogramma.
Wat is programmeren en begroten?
Elk jaar past de programmadirectie de bestaande planning aan en voegt een nieuw jaar toe aan de planning. Het programma loopt voor een periode van zes jaar, en geeft een doorkijk naar de daaropvolgende zes jaar.
Alleen projecten die slagen voor de ingangstoets, komen op de planning. Welke positie een project op de programmaplaning krijgt, hangt onder andere af van de urgentie. De regels hiervoor stellen wij jaarlijks vast in de kadernota. Meer over de ingangstoets en de kadernota lees je onderaan deze pagina.
Hoe werkt het jaarlijks programmeren?
Momenteel werken we aan het programma voor de periode 2022–2027/2033. In deze infographic zie je welke stappen we hiervoor zetten. We zijn begonnen met een evaluatie in december 2019.
De kadernota legt de inhoudelijke spelregels en het financiële kader vast. Een groot deel van de bestaande afspraken uit de vorige kadernota wordt overgenomen. Over een aantal onderwerpen uit de evaluatie is gesproken tijdens een werksessie op 8 april.
De programmadirectie actualiseert de gegevens van de programmeerronde 2022-2027/2033 alleen als het formulier ‘Verzoek tot Wijziging’ is ingediend. Het projectteam van het waterschap geeft in samenspraak met het begeleidingsteam van de programmadirectie hierin wijzigingen door, inclusief toelichtingen. Beheerders melden nieuwe projecten ook aan met dit formulier. Voor 15 mei zijn alle nieuw aangemelde projecten gestart met de ingangstoets.
In deze fase doorlopen de nieuwe aangemelde projecten de ingangstoets. De programmadirectie zet nieuwe projecten die de ingangstoets succesvol doorlopen hebben, in het programma.
Voor zover mogelijk past de programmadirectie past de doorgegeven wijzigingsverzoeken en nieuwe projecten in het programma. Daarbij gaat de programmadirectie uit van de inhoudelijke en financiële uitgangspunten uit de kadernota. Dit leidt tot het ontwerpprogramma 2022-2027/2033.
De alliantiepartners bespreken het ontwerpprogramma inclusief aandachtspunten. De waterschappen stellen een gezamenlijke bestuurlijke reactie op via de commissie Waterkeringen.
Het definitieve programmavoorstel, inclusief begroting, wordt als onderdeel van het Deltaplan Waterveiligheid op Prinsjesdag 2021 aangeboden aan de Tweede Kamer. Na de Algemene Politieke Beschouwingen wordt het programma vastgesteld.
In de jaarlijkse kadernota staan de spelregels voor de programmering en de financiële kaders voor de komende 12 jaar. Het HWBP kan met deze regels de koers voor de programmering bepalen. Elk jaar herzien wij de kadernota. Dat kan invloed hebben voor de programmering. Door de nieuwe regels vanuit de kadernota’s, ontstaat een programma dat wij steeds aanpassen aan actuele ontwikkelingen.
De programmering van het HWBP kijkt 12 jaar vooruit en is gekoppeld aan de Rijksbegroting. De eerste 6 jaar worden opgenomen in het Deltaprogramma en vastgesteld door de minister.
Het HWBP kijkt bij de programmering naar urgentie: de dijken die het meest afwijken van de norm worden het eerst aangepakt. Op basis van de overstromingsrisico’s die zijn berekend in de studie ‘Veiligheid Nederland in Kaart 2’ worden de dijken gerangschikt van hoge naar lage urgentie.
Is een project al gestart of start het binnen de eerste 2 jaar van het programma? Dan is het project ‘bevroren’: het project is dan zeker van doorgang en kan niet meer verdrongen worden door projecten met een hogere urgentie.
Het budget dat over een periode van 12 jaar beschikbaar is, wordt ingezet voor het programma. De jaarlijkse bijdrage is op dit moment €395 miljoen euro. Omdat het niet lukt om alle projecten op de programmering geheel volgens planning uit te voeren, is het nodig om naar verhouding meer projecten in de eerstvolgende jaren in te plannen. Zo kunnen tegenvallers worden opgevangen en kan de productie op het gewenste niveau uitkomen. Dit heet de ‘boeggolf’.
Binnen de alliantie werken we samen aan kennisontwikkeling en innovaties met de focus op het goedkoper, sneller en beter uitvoeren van dijkversterkingen. Het HWBP stelt daarvoor subsidie beschikbaar. Er wordt gestreefd naar een bedrag ter grootte van gemiddeld 2,5 procent van het budget.
Komt een raming van een project tijdens de planuitwerking- of realisatiefase hoger uit dan was opgenomen in het programma? Dan schiet de waterbeheerder de meerkosten voor totdat er financiële middelen beschikbaar komen binnen het programma.
Als een deel van een ‘bevroren’ project wordt afgesplitst, verliest het afgesplitste deel de bevroren status en wordt het als nieuw project behandeld. Voor projecten die al op het programma staan en hierdoor worden benadeeld komt er een overgangsregeling.
We streven naar een stabiel productievolume en een voorspelbaar programma. Omdat het niet lukt om alle projecten op de programmering geheel volgens planning uit te voeren, is het nodig om naar verhouding meer projecten in de eerstvolgende jaren in te plannen. Zo kunnen tegenvallers worden opgevangen en kan de productie op het gewenste niveau uitkomen. Dit heet de ‘boeggolf’. Met het ontwerpprogramma zullen scenario’s worden gemaakt om te helpen bij het kiezen van de juiste boeggolf.
Waterschappen hebben hun individuele projectprogramma’s opgesteld met een doorkijk tot 2050. In die programma’s staat welke projecten wanneer worden gestart en uitgevoerd. De optelsom van de individuele programma’s moet wel passen binnen de doelstellingen en de begroting van het HWBP. In 2021 worden de projectprogramma’s en het HWBP naast elkaar gelegd om vroegtijdig knelpunten te signaleren.
Komt een raming van een project tijdens de planuitwerking- of realisatiefase hoger uit dan was opgenomen in het programma? Dan schiet de beheerder de meerkosten voor totdat er financiële middelen beschikbaar komen binnen het programma.
Blijft in het lopende jaar budget over (door financiële meevallers of veranderingen bij de projecten)? Dan wordt het geld in de volgende volgorde gebruikt:
1. Voor beheerders die kosten van een project hebben voorgeschoten omdat de meerkosten nog niet waren op te vangen binnen het programma.
2. Voor projecten waarvan de uitbetaling van de subsidie over meerdere jaren is gespreid, als gevolg van het maximale voorschot van €40 miljoen euro per jaar
3. Voor het eerder dan in het programma was voorzien uitbetalen van de subsidies aan projecten die zijn voorgefinancierd. Zijn er meerdere projecten binnen deze categorieën? Dan kijken we naar de urgentie.
Hoe komen projecten op het programma?
Ingangstoets
Waterschappen kunnen gedurende het hele jaar nieuwe versterkingsprojecten voor subsidie aanmelden. Om de stabiliteit en voorspelbaarheid van het programma te vergroten, gebruikt de HWBP-alliantie voor nieuwe projectenaanmeldingen een ingangstoets.
De ingangstoets geeft inzicht in de projectopgave. Deze informatie is belangrijk voor zowel het waterschap als de programmadirectie HWBP. Want met concrete inzichten in de scope, planning, raming en onzekerheden van een versterkingsproject, draagt een project bij aan de voorspelbaarheid en stabiliteit van het totale programma.
Elke wijziging op de vastgestelde programmering draagt een waterschap aan via een Verzoek tot Wijziging (VtW). Dit doen wij om te komen tot een betrouwbaar en goed referentiebeheer. De vastgestelde programmering en de goedgekeurde VtW’s samen zorgen voor het volgende conceptprogramma.