Erosiebestendigheid van overgangen

Op het binnentalud van een dijk zijn vaak niet-geometrische overgangen. Daarmee worden overgangen bedoeld van een grasmat naar een harde ondergrond van bijvoorbeeld beton, asfalt of basalt.

Waarom hebben we dit project?

Waterschap Zuiderzeeland doet onderzoek naar het versterken van zogeheten niet-geometrische overgangen op het binnentalud. Daarmee worden overgangen bedoeld van een grasmat naar een harde ondergrond van bijvoorbeeld beton, asfalt of basalt. 

De aanwezigheid van overgangen op het binnentalud heeft namelijk een forse impact op de erosiebestendigheid van dijk als geheel en daarmee dus ook op de benodigde kruinhoogte. Hoe hoger de kruin, des te lager de hoeveelheid overslaand water en daaruit volgende erosie. Kruinverhoging is nadelig voor het ruimtebeslag, hoeveelheid benodigd materiaal en leidt soms tot knelpunten aan de binnenzijde van de dijk. Er is dus veel te winnen bij het versterken van overgangen en het scherper ontwerpen hiervan.

Wat is het doel van dit project?

In het onderzoek wordt de koppeling gezocht naar een maatregel om de overgang te versterken en de berekening van de kruinhoogte.

Wat is de impact van dit project?

Geconcentreerd wordt op het versterken van de niet-geometrische overgangen (tussen gras en harde bekleding), omdat daarmee een lagere kruinhoogte is te behalen.

Wat is het beoogde eindresultaat?

Het beoogde eindresultaat is het opstellen van een ontwerprichtlijn voor niet-geometrische overgangen. Veel dijkversterkingsprojecten, met name in wind gedomineerde watersystemen,  kunnen baat hebben bij deze resultaten.

Wie is er vanuit de alliantie betrokken?

Het project wordt uitgevoerd door Waterschap Zuiderzeeland en valt onder de Kennis- en innovatieagenda van het HWBP.